Judith van der Meer-Schieferstein
Samen met haar man Franciscus van der Meer en hun 4 kinderen (Jasper, Willem, Femke en Nynke) woont ze anderhalf jaar in Delden en is in korte tijd zeer betrokken geraakt rond de Oude Blasiuskerk. Judith is 38 jaar, fysiotherapeut van beroep, maar ze heeft ervoor gekozen voorlopig alle aandacht aan haar gezin te besteden. In onze gemeente werd ze op 23 september 2018 bevestigd als diaken, met specifieke aandacht voor de jeugd.
Belijdenis
Judith werd in 1981 in Kempen in Duitsland geboren, dat is 20 kilometer over de grens bij Venlo. Ondanks dat ze dichtbij Nederland woonde kwam ze er niet veel. Ze groeide op in een evangelisch gezin. “In Kempen en omgeving was de evangelische kerk maar klein. Er was een speciale kinderdienst na de gewone volwassendienst. Hier leerde je veel en gemakkelijk kinderen kennen. Op mijn 14de deed ik mijn Konfirmation (belijdenis). Het mooie was dat de kinderdienst begeleid werd door de kinderen die al belijdenis hadden gedaan. De jongelui leerden elkaar de kneepjes van het geloof. Dat vond ik heel bijzonder”.
Nijmegen
Tijdens haar studie in Nijmegen kwam Judith wat losser van de kerk te staan. “Ik had mijn vrijheid geroken, ben best beschermd opgevoed en vond het heerlijk om thuis te komen wanneer ik dat wilde.” Haar blikveld veranderde in die grote stad. Daar leerde ze ook haar man Franciscus kennen. Hij komt van oorsprong uit de omgeving van Drachten en groeide op in een kerkelijk gezin. Maar ook bij hem kwam de kerk wat op de achtergrond te staan in de Nijmeegse jaren.
Waar ben ik aan begonnen?
Eenmaal verhuisd naar Roermond groeide de kerkbetrokkenheid. Judith deed mee aan de oppasdienst en heel kort verzorgde ze de kindernevendienst. Dat laatste niet omdat het haar niet lag, maar omdat Franciscus als anesthesist aan de slag kon in de ziekenhuizen van Hengelo en Almelo, verhuisde het gezin in de zomer van 2017 naar Delden. Franciscus vond heel gemakkelijk zijn weg. “Ik vind de mensen hier opener dan in Roermond”, Judith heeft meer moeite gehad om te wennen. “We kwamen hier aan het begin van de zomervakantie, ik kende hier nog niemand, er waren dagen dat ik alleen maar met de kinderen sprak. Ik miste de kennissen in Roermond bij wie ik zo even binnen kon lopen. Ik dacht heel even: waar ben ik aan begonnen? Maar dat was van korte duur, want de kinderen moeten naar school. Je ontmoet andere ouders en voor je het weet heb je goed contact. Nu voel ik me hier helemaal thuis, en de kinderen ook.”
Diaken
Kerkelijk vonden Judith en Franciscus al snel hun weg. Er is niet zo veel verschil tussen de gemeente in Roermond en Delden, al is de gemeenschap hier groter, en er is meer te doen voor de jeugd, ook in de kerkdienst. “In Roermond kenden we niet het kind van de zondag, de oppasdienst was er groter, de kindernevendienst veel kleiner dan in Delden”. Toen de vraag kwam of ze diaken wilde worden, heeft ze daar wel even over na moeten denken. “Ik had er geen beeld bij, maar was wel geboeid geraakt door wat er achter de schermen in de kerk gebeurde. Dat er meerdere leeftijdsgenoten in de diaconie zitten heeft me ook gestimuleerd. Rosalind en ik worden soms door de war gehaald. Tot nu toe heb ik het werk als heel leerzaam ervaren”.
Mouwen opstropen
“Het werk in de diaconie spreekt me aan. Ik ben net een half jaar diaken, nu ook de secretaris van de groep, en met de wisselingen die er nog komen zit er straks een totaal nieuwe groep. Ik zie er naar uit om met hen nieuwe wegen in de diaconie te ontdekken, de mouwen op te stropen en aan de slag te gaan”.
Wat een enthousiasme. We zijn blij met de komst van Judith, Franciscus en de kinderen en hopen dat we met elkaar nog veel mogen opbouwen in onze mooie gemeente.